Connect with us

Actueel

Slecht nieuws voor automobilisten in Amsterdam: “hebben niks meer te zeggen”

Avatar foto

Published

on

Slecht nieuws voor automobilisten in Amsterdam: ‘We hebben niks meer te zeggen!’

Het wordt steeds moeilijker om met de auto door Amsterdam te rijden. Parkeren is onbetaalbaar, je staat langer vast in het verkeer en de maximumsnelheid in veel straten is inmiddels verlaagd naar 30 km/u. Maar dat is nog niet alles. De gemeente heeft besloten fietsers nog meer ruimte te geven op de rijbaan, wat automobilisten nog verder in het nauw drijft.

People walking on street during daytime

Fietsers op de rijbaan – een experiment dat automobilisten niet zien zitten

Vorig jaar voerde de gemeente Amsterdam een experiment uit om te testen of snelle fietsers op de rijbaan konden rijden. Dit gebeurde op twee drukke straten: de Constantijn Huygensstraat en de Bilderdijkstraat. De maximumsnelheid op de rijbaan werd beperkt tot 30 km/u, terwijl op het fietspad een adviessnelheid van 20 km/u gold. Omdat de verkeerswet dit officieel nog niet toestaat, moesten er speciale maatregelen genomen worden om deze proef te kunnen uitvoeren.

Het doel? Meer ruimte creëren voor fietsers en ervoor zorgen dat het verkeer ‘veiliger en efficiënter’ verloopt. Maar of dat in de praktijk ook echt zo werkte, is een heel andere vraag.

Fietsers blij, automobilisten gefrustreerd

Uit onderzoek bleek dat de meeste fietsers gewoon op het fietspad bleven rijden. Slechts 3 procent extra koos ervoor om op de rijbaan te fietsen. Toch waren de snelle fietsers die dit wél deden erg tevreden. Ze gaven aan dat ze meer vrijheid voelden en minder gehinderd werden door langzamere fietsers.

Voor automobilisten lag dat heel anders. Uit een enquête bleek dat slechts 26 procent van de automobilisten achter dit plan stond, terwijl maar liefst 68 procent hierop tegen was. Veel bestuurders vonden het onveilig, onnodig en zelfs gevaarlijk. Daarnaast gaf bijna twee derde van de ondervraagden aan dat de wegen hierdoor nog drukker aanvoelden.

En dit terwijl maar 3 procent van de fietsers daadwerkelijk op de rijbaan reed. Wat gebeurt er als dat percentage veel hoger wordt?

De gemeente zet door: meer experimenten op komst

Ondanks de tegenstand van automobilisten ziet de gemeente voldoende reden om door te gaan met deze experimenten. Wethouder Melanie van der Horst (Verkeer en Vervoer) gaf aan dat de proef had laten zien dat snelle fietsers veilig op de rijbaan kunnen rijden.

Daarom komen er binnenkort meer tests. Er wordt gekeken naar nieuwe regels, zoals:

  • Een maximumsnelheid voor fietsers op fietspaden (bijvoorbeeld 20 km/u);
  • Verplichting voor elektrische vrachtfietsen om op de rijbaan te rijden;
  • Experimenten in parken zoals het Rembrandtpark, Westerpark en Vondelpark, waar snelle fietsers langzamer moeten rijden.

Maar de meest opvallende maatregel? Er wordt zelfs gesproken over een verbod op elektrische auto’s in voetgangersgebieden, terwijl fietsen daar wél mogen blijven rijden. De reden? Elektrische voertuigen maken te weinig geluid, waardoor voetgangers ze minder snel opmerken.

People walking on street during daytime

Automobilisten: ‘We worden het verkeer uitgejaagd’

Voor automobilisten lijkt het alsof de gemeente hen steeds verder uit de stad probeert te weren. De afgelopen jaren zijn al verschillende maatregelen genomen die het autorijden minder aantrekkelijk maken:

  • Betaald parkeren is in grote delen van de stad extreem duur geworden;
  • De invoering van 30 km/u-zones vertraagt het verkeer enorm;
  • Fietspaden worden steeds breder, terwijl rijbanen voor auto’s worden versmald;
  • Autovrije zones worden uitgebreid, waardoor je met de auto steeds minder ver komt.

Al deze maatregelen leiden tot een groeiende frustratie onder automobilisten. Ze hebben het gevoel dat ze niet langer worden gehoord en dat de fietsers en voetgangers de volledige macht krijgen over het Amsterdamse verkeer.

Waarom kiest Amsterdam voor deze aanpak?

De gemeente wil van Amsterdam een fiets- en voetgangersvriendelijke stad maken. Dit past binnen het bredere beleid om duurzaam vervoer te stimuleren en de CO₂-uitstoot te verminderen. Minder auto’s op de weg betekent minder luchtvervuiling, minder geluidsoverlast en een betere doorstroming van fietsers en voetgangers.

Daarnaast wordt Amsterdam steeds voller, en dat betekent dat de stad moet kiezen waar de beperkte ruimte naartoe gaat. En die keuze lijkt steeds vaker in het voordeel van fietsers te vallen.

Wat betekent dit voor de toekomst?

De kans is groot dat de komende jaren nog meer rijbanen worden opengesteld voor fietsers, en dat auto’s nog verder worden beperkt. Dit kan betekenen dat:

  • Meer 30 km/u-zones worden ingevoerd, zelfs op grote verkeersaders;
  • Meer straten volledig autovrij worden gemaakt;
  • Meer parkeervergunningen verdwijnen, waardoor bewoners minder makkelijk hun auto kwijt kunnen;
  • Nieuwe regels voor fietsers worden getest, zoals snelheidslimieten en rijbaanverplichtingen voor bepaalde e-bikes.

Voor ondernemers en bewoners die afhankelijk zijn van hun auto kan dit een groot probleem worden. Hoe blijf je bereikbaar als steeds meer wegen en parkeerplekken verdwijnen?

People walking on street during daytime

Conclusie: Een stad zonder auto’s?

Amsterdam zet zich volledig in op fietsers en lijkt daarmee langzaam maar zeker de auto uit de stad te duwen. Voor veel Amsterdammers en forenzen betekent dit langer onderweg zijn, duurdere parkeerkosten en minder bewegingsvrijheid.

Tegelijkertijd biedt deze aanpak voordelen: schonere lucht, minder geluidsoverlast en een stad die veiliger is voor fietsers en voetgangers.

De grote vraag blijft: is er nog plek voor de auto in Amsterdam? Of zullen automobilisten uiteindelijk volledig uit het straatbeeld verdwijnen? Voor nu lijkt het erop dat de gemeente haar koers niet zal wijzigen en dat autobezitters steeds minder te zeggen hebben over het verkeer in hun eigen stad.

Actueel

Olcay Gulsen en Victor Vlam in vurige tv-ruzie: ‘Jij bent een vieze narcist!’

Avatar foto

Published

on

Felle woordenwisseling tussen Olcay Gulsen en Victor Vlam bij De Oranjezomer: “Greta Thunberg is géén narcist”

De talkshow De Oranjezomer stond maandagavond bol van de emoties toen een discussie over activisme escaleerde in een verhitte woordenwisseling tussen Olcay Gulsen en Victor Vlam. Wat begon als een reflectie op een tv-interview, mondde uit in een fel debat over wereldproblematiek, empathie en de rol van publieke figuren in de maatschappij.

Een duidelijk voorbeeld van hoe televisie soms meer raakt dan enkel de oppervlakte – met maatschappelijke thema’s die zelfs de tafelgasten even uit balans brengen.


Botsende karakters aan tafel

Olcay Gulsen en Victor Vlam zijn allebei uitgesproken persoonlijkheden met een scherpe mening. De een heeft een achtergrond in de modewereld en televisie, de ander is een politiek commentator en mediakenner. Wat hen bindt: ze nemen geen blad voor de mond. Dat bleek ook deze aflevering, waar het gesprek onverwachts een heel andere wending kreeg dan gepland.

Tijdens het bespreken van uitspraken van acteur Victor Reinier over zijn vertrek bij Flikken Maastricht, brak Olcay plotseling in met een onderwerp dat haar zichtbaar hoog zat: de behandeling van klimaatactiviste Greta Thunberg in de media.


Emotioneel statement van Olcay

Olcay greep haar kans om aandacht te vragen voor iets dat volgens haar onderbelicht blijft: de situatie in Gaza. Ze refereerde aan een groep activisten, waaronder Greta Thunberg, die onlangs per boot richting Gaza reisden om aandacht te vragen voor de humanitaire situatie daar. De reis werd vroegtijdig gestopt door Israëlische autoriteiten.

Wat haar vooral dwarszat, was een artikel in De Telegraaf, waarin de activisten zouden zijn weggezet als ‘aandachtszoekers’. “Dat mensen die zich inzetten voor anderen, worden neergezet als sensatiezoekers… Ik vind dat intens verdrietig,” zei ze. “We hebben het hier over miljoenen mensen die in onmenselijke omstandigheden leven.”


“Wij moeten ons schamen”

Volgens Olcay zouden we ons als samenleving moeten schamen voor de manier waarop betrokkenheid soms belachelijk wordt gemaakt. “In plaats van weg te kijken, kiezen sommige mensen ervoor om íets te doen. Dat zouden we moeten waarderen,” stelde ze fel. “In plaats daarvan gaan we ze veroordelen en uitlachen. Dat is onterecht.”

Greta Thunberg is volgens Olcay allesbehalve een narcist. “Ze is dapper. Ze strijdt al haar hele jonge leven lang voor een betere wereld. Of je het met haar eens bent of niet, haar bedoelingen zijn oprecht.”


Victor Vlam: “Ze zoekt zelf het podium”

Victor Vlam liet zich niet onbetuigd en gaf aan dat hij de acties van Thunberg vooral ziet als zelfverheerlijking. “Ze zet zichzelf telkens in het middelpunt van de belangstelling. Dat is geen toeval, dat is een bewuste strategie,” zei hij. “Ze is een beroepsactivist en weet dondersgoed hoe ze de aandacht naar zich toe moet trekken.”

Zijn opmerking dat Thunberg ‘een narcist’ zou zijn, viel bij Olcay en ook bij andere tafelgasten totaal verkeerd.


“Nee Victor, jíj bent de narcist”

Olcay was zichtbaar geraakt door de kwalificatie en beet fel van zich af. “Nee, jíj bent een narcist,” riep ze, terwijl ze Victor fel aankeek. “Jij roept maar wat vanaf de zijlijn. Greta doet tenminste íets. Zij gebruikt haar invloed en volgers om mensen wakker te schudden.”

Ook Sinan Can, documentairemaker en tafelgast, sloot zich aan bij Olcay. “Je kunt niet zomaar iemand die zich inzet voor vrede en rechtvaardigheid wegzetten als een narcist,” stelde hij. “Dat doet afbreuk aan waar ze voor staat.”


Kritiek en nuance

Politiek journalist Thomas van Groningen probeerde wat nuance aan te brengen en vroeg zich hardop af wat de actie van Thunberg precies had opgeleverd voor de mensen in Gaza. Olcay reageerde geëmotioneerd maar helder: “Het gaat niet om directe hulpgoederen. Het gaat om zichtbaarheid. Om ervoor zorgen dat deze situatie niet wordt vergeten. En dat kan wél verschil maken.”

Victor hield voet bij stuk: “Ze doet het ter meerdere eer en glorie van zichzelf. Er zijn andere manieren om impact te maken, zonder de spotlight steeds op jezelf te richten.”


Een lastig gesprek, een gedeelde intentie

Toen de spanningen aan tafel opliepen, probeerde presentator Johnny de Mol het gesprek in goede banen te leiden. “Mensen, kunnen we hier misschien toch de vredespijp roken?” vroeg hij met een glimlach.

Victor en Olcay leken het ondanks hun felle meningsverschillen nog altijd goed met elkaar te kunnen vinden. “We mogen elkaar gewoon graag,” zei Olcay uiteindelijk met een knipoog, al voegde ze er plagend aan toe: “Maar jij blijft een narcist.” Waarop Sinan lachend toevoegde: “Een grote! Geen kleintje.”


Het belang van het debat

Wat deze aflevering van De Oranjezomer zo bijzonder maakte, was dat het een gesprek liet ontsporen op een manier die tegelijk pijnlijk én waardevol was. In een tijd waarin activisme, media en publieke opinie steeds vaker botsen, is het niet vreemd dat zulke discussies op scherp staan.

De kernvraag die bleef hangen: Hoe ver mag en moet je gaan om aandacht te vragen voor onrecht? En hoe beoordelen we mensen die hun stem gebruiken voor een groter doel?

Wat je ook van Greta Thunberg of de acties van andere activisten vindt, de uitzending maakte één ding duidelijk: betrokkenheid roept emotie op, en dat is precies waarom het onderwerp aandacht verdient.


Reflectie na de uitzending

Na afloop van de uitzending stroomden de reacties op sociale media binnen. Sommigen steunden Victor in zijn sceptische kijk op publieke activisten, terwijl anderen zich juist volledig achter Olcay schaarden en haar pleidooi voor compassie en bewustwording prezen.

Het debat mag dan pittig zijn geweest, het raakte een snaar. En dat is uiteindelijk wat goede televisie doet: aanzetten tot nadenken, en soms ook tot voelen.


Wil je zelf reageren of je mening delen? De discussie is in volle gang op X, Instagram en diverse talkradio-programma’s. Maar één ding is zeker: dit gesprek is voorlopig nog niet voorbij.

Continue Reading