Actueel
Publiek pest valszingende vriendin Peter Gillis van podium af
Publiek pest valszingende vriendin van Peter Gillis van podium af
Wendy van Hout had tot voor kort nog nooit een microfoon vastgehouden, laat staan dat ze wist hoe ze ermee om moest gaan. Toch heeft ze zichzelf inmiddels tot zangeres gebombardeerd en treedt ze regelmatig op. Maar haar zangkunsten worden niet door iedereen gewaardeerd, en dat werd afgelopen weekend op pijnlijke wijze duidelijk.

Een opmerkelijk optreden
Recentelijk stond Wendy op het podium van het Megapiratenfestijn in Gelderland, een groot evenement waar menig volkszanger en feestartiest optreedt. Haar optreden was echter allesbehalve een succes. Bezoekers keken vol verbazing toe en vroegen zich hardop af hoe het mogelijk was dat ze daar mocht staan. Het antwoord op die vraag lijkt voor velen eenvoudig: haar vriend Peter Gillis zou invloed hebben gehad op haar aanwezigheid daar. Hoewel dit niet met zekerheid te zeggen is, blijft het opmerkelijk dat iemand zonder zangervaring zo’n groot podium krijgt.
Kritiek en reacties
Het optreden van Wendy riep felle reacties op. Niet alleen in de zaal, maar ook op sociale media regende het kritiek. Veel mensen vonden haar stem onverdraaglijk en zagen haar aanwezigheid op het festival als een belediging voor echte artiesten die jarenlang werken om zo’n podium te bereiken. Toch lijkt Wendy zich hier niets van aan te trekken.
“Ik heb genoten van mijn optreden,” reageerde ze in een interview. “Mensen hebben altijd iets te zeuren, maar ik ben hier om muziek te maken en te genieten. Of anderen dat nou leuk vinden of niet.”
Haar zelfvertrouwen lijkt door de negatieve reacties niet te zijn aangetast. Sterker nog, ze heeft grootse plannen voor de toekomst.
Toekomstplannen en ambities
In een recent interview met weekblad Party vertelde Wendy dat ze gelooft dat dit pas het begin is. “Als dit het begin is, waar eindigt het dan?” vroeg ze zich af. Ze droomt ervan om vaker op te treden en zichzelf te bewijzen in de muziekindustrie. Ondanks alle kritiek is ze vastbesloten door te gaan met zingen en ziet ze zichzelf al als een succesvolle artiest in de dop.
Maar niet iedereen is even optimistisch over haar toekomst als zangeres. Collega-artiesten reageren terughoudend en het publiek lijkt haar niet bepaald met open armen te ontvangen.
Aanhoudende kritiek
Niet alleen online, maar ook tijdens haar optredens wordt Wendy geconfronteerd met kritiek. Zo trad ze afgelopen weekend op bij Hart voor Muziek, een evenement waar volkszangers en Nederlandstalige artiesten optreden. Toen haar naam werd aangekondigd, was er een handjevol mensen dat juichte, maar het overgrote deel van het publiek reageerde met boegeroep. Een pijnlijke situatie voor iedere artiest, maar Wendy lijkt zich hier weinig van aan te trekken.
“Ik weet dat sommige mensen mij niet mogen, maar dat komt gewoon door jaloezie,” beweert ze zelfverzekerd. “Ik heb in korte tijd iets bereikt waar anderen jaren over doen. Dat steekt natuurlijk.”
Steun van Peter Gillis
Veel mensen speculeren dat haar vriend Peter Gillis een rol speelt in haar prille zangcarrière. De miljonair en realityster heeft immers de middelen en connecties om deuren te openen die normaal gesproken gesloten blijven voor beginnende artiesten. Hoewel er geen hard bewijs is dat hij direct invloed heeft uitgeoefend op haar optredens, blijft het feit dat Wendy zonder enige muzikale ervaring op grote evenementen mag optreden opmerkelijk.
Critici wijzen erop dat Gillis zijn bekendheid en financiële invloed zou kunnen gebruiken om Wendy aan boekingen te helpen. Anderen vinden dat Wendy simpelweg haar droom mag najagen en zichzelf moet kunnen bewijzen op eigen kracht. Hoe dan ook, haar carrière lijkt voorlopig niet te stoppen, ondanks de negatieve reacties.

Publiek spreekt zich uit
Dat het publiek geen fan is van Wendy’s zangkwaliteiten, bleek ook uit de reacties na haar laatste optreden. Op sociale media regende het reacties van teleurgestelde bezoekers:
- “Het was echt niet om aan te horen. Hoe kan iemand met zo’n stem op een podium staan?”
- “Dit moet toch gewoon een grap zijn? Niemand betaalt hier toch echt voor?”
- “Zelfs de karaokebar zou haar niet binnenlaten. Dit is echt een belediging voor muziek.”
Ondanks deze felle kritiek blijft Wendy vasthouden aan haar dromen. Ze blijft doorgaan met optreden en ziet zichzelf al als een vaste naam in de Nederlandstalige muziekscene. “Ik laat me door niemand tegenhouden,” zegt ze strijdlustig. “Ik weet dat ik talent heb en ik ga dat bewijzen.”
Bezoekers Mega Piraten Festijn slopen Wendy van Hout: “Ze zong zo vals a… https://t.co/sWDcOhD6zN via @YouTube
— Jurgen Rau (@JurgenRau2) December 27, 2024
De toekomst van Wendy’s zangcarrière
De vraag is of Wendy’s doorzettingsvermogen uiteindelijk zal resulteren in een succesvolle carrière, of dat het publiek haar blijft afwijzen. Voorlopig lijkt ze vastberaden om haar dromen waar te maken, ongeacht de weerstand die ze ondervindt.
Zal ze ooit geaccepteerd worden door het grote publiek, of blijft ze vooral bekend als de vriendin van Peter Gillis die ondanks alles blijft zingen? De toekomst zal het uitwijzen.
Actueel
Nieuw plan Rob Jetten roept enorme weerstand op in het hele land: ”Waar stopt dit”

Rob Jetten wil straatverlichting dimmen: waarom zijn voorstel zoveel losmaakt in Nederland
Het debat over energie, duurzaamheid en de toekomst van ons stroomnet bereikt steeds vaker de dagelijkse leefomgeving van Nederlanders. Waar de energietransitie lange tijd draaide om grote windparken, zonnepanelen en internationale klimaatdoelen, schuift die discussie nu steeds zichtbaarder richting maatregelen die bewoners direct raken. Een van de meest besproken voorstellen van dit moment komt van D66-leider Rob Jetten, die onlangs opperde om in heel Nederland de straatverlichting in de avonduren te dimmen of op rustige momenten zelfs (deels) uit te schakelen.

De gedachte daarachter is volgens Jetten eenvoudig: als Nederland slimmer met energie omgaat, kunnen we het overbelaste stroomnet ontlasten en tegelijkertijd het bewustzijn vergroten over ons eigen energieverbruik. Maar wat voor de één klinkt als een praktische stap in een groter duurzaamheidsplan, voelt voor de ander als een directe aantasting van veiligheid, leefbaarheid en comfort.
Het voorstel leidde binnen enkele uren tot een vloedgolf aan reacties. Zowel online als in lokale gemeenteraden werd fel gediscussieerd over de vraag: kan je zomaar het licht in de openbare ruimte terugschroeven?
In deze uitgebreide analyse zetten we de achtergronden, reacties, zorgen én mogelijke oplossingen op een rij.

Waarom straatverlichting volgens Jetten op tafel ligt
Rob Jetten, die zich tijdens zijn politieke loopbaan heeft ontpopt tot een van de meest zichtbare voorstanders van een duurzame toekomst, benadrukt dat Nederland op een belangrijk kruispunt staat. De vraag naar elektriciteit stijgt razendsnel, onder meer door de groei van elektrische auto’s, warmtepompen, datacenters en industrieën die overstappen op elektrisch produceren.
Het stroomnet raakt daardoor steeds voller. Op sommige plekken zijn er al wachtlijsten voor bedrijven, sportclubs en woningprojecten die willen aansluiten.
Volgens Jetten is het daarom noodzakelijk om te kijken waar op korte termijn ruimte gecreëerd kan worden:
-
zonder ingewikkelde procedures,
-
zonder miljardeninvesteringen,
-
en zonder ingrijpende verbouwingen.
Openbare verlichting vormt daarbij een interessant puzzelstuk. In Nederland staan ruim 3,5 miljoen lichtmasten, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van het energiegebruik van gemeenten.
Dat betekent volgens Jetten niet dat het licht overal en altijd uit moet. Hij pleit voor slimme verlichting: fel waar nodig, gedimd waar mogelijk.

“Het gaat niet om besparen om het besparen,” benadrukte hij. “Het gaat om bewust omgaan met energie op momenten dat het net overbelast is.”
Hij wijst erop dat veel gemeenten al experimenteren met sensoren, dimschema’s en energiezuinige LED-verlichting. In sommige dorpen gaat het licht automatisch feller branden zodra er iemand langsloopt; op andere plekken wordt verlichting ’s nachts al deels gedimd.
Toch vindt Jetten dat dit niet langer afhankelijk mag zijn van individuele gemeenten: er moet een landelijke strategie komen.

De zorgen van burgers: ‘Een donkere straat voelt niet veilig’
Waar Jetten vooral kijkt naar duurzaamheid en het efficiënt inzetten van energie, klinkt bij veel Nederlanders een heel andere zorg: veiligheid.
1. Onveiligheidsgevoel
Vooral vrouwen, ouderen en ouders van tieners spreken zich daar duidelijk over uit. Donkere straten worden al snel geassocieerd met onoverzichtelijke situaties, minder zicht en een groter gevoel van kwetsbaarheid.
Het gaat daarbij niet alleen om daadwerkelijke risico’s, maar vooral om het gevoel dat ontstaat wanneer een buurt minder verlicht is.
“Je voelt je gewoon minder
prettig in het donker,” schrijft een gebruiker op X.
“Hoe leg ik mijn dochter van 15 uit dat ze voortaan door donkere
straten naar huis moet fietsen?”
2. Verkeersveiligheid
Verkeersdeskundigen wijzen daarnaast op de gevaren van te weinig licht op:
-
rotondes
-
kruispunten
-
fietspaden
-
oversteken
-
landelijke wegen zonder vangrails
Nederland is een fietsland, en goede zichtbaarheid is een belangrijk onderdeel van verkeersveiligheid. Vooral in de herfst- en wintermaanden, wanneer veel scholieren vroeg vertrekken en laat thuiskomen, kan dimmen volgens experts tot verwarrende of gevaarlijke situaties leiden.
Een verkeersonderzoeker uit
Utrecht verwoordde het zo:
“Het is een begrijpelijke maatregel vanuit energiebesparing, maar
we moeten ontzettend voorzichtig zijn. Je wilt geen risico dat te
voorkomen was.”
Is de energiewinst wel zo groot?
Een andere lijn van kritiek richt zich op de vraag of deze maatregel überhaupt veel oplevert. Straatverlichting zou volgens sceptici maar een klein deel zijn van het totale energieverbruik in Nederland.
Critici noemen het daarom symboolpolitiek: zichtbaar, maar niet substantieel.
Waarom, zo vragen zij, ligt de focus op:
-
gezinnen,
-
woonwijken,
-
dorpen en steden,
terwijl energie-intensieve sectoren zoals industrie, datacenters, agrarische bedrijven en luchtvaart minder vaak onderwerp zijn van dergelijke maatregelen?
De kritiek komt neer op één
vraag:
Wordt de
verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld?
Jetten reageerde daarop door te zeggen dat de energietransitie een gezamenlijke inspanning is, waarbij zowel grote als kleine maatregelen bijdragen aan het geheel.
Experts vragen om nuance: niet overal hoeft het licht aan te blijven
Hoewel veel Nederlanders moeite hebben met het voorstel, klinkt er ook constructieve feedback.
Locatiegebonden verlichtingsplannen
Steeds meer experts pleiten voor een gebiedsgerichte aanpak. Niet elke straat hoeft dezelfde hoeveelheid licht. Mogelijke plekken waar dimmen wél verantwoord kan zijn:
-
lege parkeerplaatsen na 22.00 uur
-
industrieterreinen buiten werktijden
-
fietspaden met sensoren die licht aanzetten bij beweging
-
sportcomplexen die ’s nachts gesloten zijn
-
parken waar geen doorstroom is
Deze aanpak wordt in delen van Duitsland en Scandinavië al toegepast.
Slimme technologie als alternatief
Nederland loopt technisch voorop en beschikt over:
-
LED-lampen die 90% minder energie verbruiken dan oude lampen
-
sensoren die licht automatisch laten oplichten bij beweging
-
slimme lantaarnpalen die onderling communiceren
Volgens ingenieurs is het zelfs mogelijk om verlichting volledig te laten reageren op het aantal voorbijgangers, de verkeersdrukte en weersomstandigheden.
De vraag is dus niet óf er bespaard kan worden, maar hoe dat kan zonder dat mensen zich onveilig voelen.
Gemeenten zitten klem: zij moeten het uiteindelijk uitvoeren
Gemeentebesturen reageren verdeeld. Veel gemeenten willen wel bijdragen aan energiebesparing, maar benadrukken dat zij dagelijks verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van wijken.
Een wethouder uit
Noord-Brabant zei hierover:
“Wij zijn de eersten die gebeld worden wanneer een lantaarnpaal uit
staat. Mensen voelen het meteen in hun eigen straat. Je kunt dat
niet met één landelijke maatregel oplossen.”
Daarnaast zitten veel gemeenten vast aan:
-
bestaande verlichtingscontracten
-
onderhoudsplannen
-
oude infrastructuur die niet zomaar aangepast kan worden
Een landelijke verplichting zou daarom niet alleen gevoelig liggen, maar ook technisch lastig uitvoerbaar zijn.

De grotere discussie: wie draagt de last van de energietransitie?
Onder de oppervlakte speelt
een bredere vraag:
Wie draagt het meest de
gevolgen van duurzaamheidsmaatregelen?
Burgers zien steeds:
-
hogere energierekeningen
-
strengere regels in huis
-
discussies over zonnepanelen en warmtepompen
-
nu ook mogelijke aanpassingen in de openbare ruimte
Daarbij ontstaat het gevoel dat huishoudens veel moeten inleveren, terwijl grote bedrijven minder zichtbare offers brengen.
Jetten benadrukt dat dit beeld niet klopt en dat het bedrijfsleven juist zware transitie-eisen krijgt opgelegd. Toch blijft het gevoel bestaan dat de balans niet altijd eerlijk voelt—een gevoel dat eerder al opdook in debatten over stikstof, klimaatplannen en woningbouw.

De politieke dimensie: waarom het voorstel gevoelig ligt
In de politiek wordt het voorstel nauwlettend in de gaten gehouden, omdat het raakt aan gevoelige thema’s zoals:
-
veiligheid
-
leefbaarheid
-
energiearmoede
-
vertrouwen in de overheid
Voor oppositiepartijen vormt het voorstel een kans om vragen te stellen over de koers van het klimaatbeleid. Coalitiepartners worstelen juist met de balans tussen ambitie en uitvoerbaarheid.
Er wordt gevreesd dat een maatregel die als “klein en praktisch” wordt gepresenteerd, in de praktijk kan uitgroeien tot een bron van grote maatschappelijke weerstand.

Waar liggen de kansen voor een gezamenlijk plan?
Als er één ding duidelijk is, dan is het dat niemand in Nederland zit te wachten op onveilige situaties. Maar veel Nederlanders zien wél dat energiebesparing gewenst is.
De oplossing lijkt daarom te liggen in een combinatie van:
-
slimme technologie
-
gebiedsgericht maatwerk
-
goede communicatie
-
burgerparticipatie
-
transparante data over effecten en energiewinsten
Een landelijke strategie kan werken — maar alleen als deze rekening houdt met de diversiteit van Nederlandse straten, wijken en inwoners.

Een gesprek dat nog lang niet voorbij is
Het voorstel van Rob Jetten heeft losgemaakt wat veel Nederlanders al langer voelen: de energietransitie schuift steeds dichter naar het persoonlijke domein. Waar het eerst ging over windmolens, CO₂-doelen en internationale afspraken, gaat het nu over de straat waarin je woont en de route die je ’s avonds fietst.
De behoefte aan duidelijkheid, nuance en veiligheid is groter dan ooit.
De komende maanden zullen bepalend zijn voor hoe dit voorstel verder wordt opgepakt. Gemeenten, experts, bewoners en politici zullen hun stemmen laten horen. Want hoe noodzakelijk energiebesparing ook is, de manier waarop dat gebeurt moet passen bij het dagelijks leven van miljoenen Nederlanders.
Wat vind jij?
Moet Nederland slimmer omgaan met verlichting, of is dit een grens
die niet overschreden mag worden?
Praat mee op onze Facebookpagina en deel je mening.


