Connect with us

Actueel

Patty Brard heeft geen goed woord meer over voor Rachel Hazes: ‘Dit is natuurlijk weer heel lelijk’

Avatar foto

Published

on

Rachel Hazes maakt zich klaar voor de release van haar langverwachte schandaalboek, en de controverse rond haar naam blijft groeien. Het boek, dat al jaren in de maak is, belooft spraakmakende onthullingen en zorgt nu al voor flinke ophef, zelfs voordat het is gepubliceerd.

Een boek vol onthullingen

Het boek van Rachel Hazes wordt al lange tijd aangekondigd als een schandaalboek vol persoonlijke onthullingen. Oorspronkelijk zou het in 2021 verschijnen, maar de publicatie liep meerdere keren vertraging op. Nu lijkt het eindelijk zover: Rachel laat weten dat het boek dit jaar echt zal worden uitgebracht.

Evert Santegoeds, entertainmentjournalist en kenner van de familie Hazes, sprak in Shownieuws over de impact die het boek mogelijk zal hebben. “Dit jaar schijnt het echt te gaan gebeuren. Ik schijn ook met samengeknepen billen op dat boek te moeten wachten, want Rachel heeft me al laten weten dat het niet mals gaat zijn wat ze allemaal over me gaat onthullen,” zei hij.

Volgens Evert bevat het boek ook een hoofdstuk over haar zoon André Hazes. “Ik denk dat hij inmiddels ook met samengeknepen billen zit, want dat hoofdstuk zal er nu dus wel gaan komen. Hij wil haar naam niet eens meer uitspreken, maar daar zal Rachel in dat boek geen moeite mee hebben, denk ik,” voegde hij eraan toe.


Patty Brard haalt uit

Een van de grootste critici van Rachel Hazes is zonder twijfel Patty Brard. De diva, die al jarenlang openlijk haar ongenoegen over Rachel uitspreekt, liet in Shownieuws opnieuw van zich horen. Over het schandaalboek zegt ze: “Ik denk dat iedereen het wel wil lezen, maar uiteindelijk is het natuurlijk eigenlijk heel lelijk. Ook dit weer.”

Patty vindt dat de Hazes-naam door alle drama rond de familie ernstig is beschadigd. “Uiteindelijk is die hele naam Hazes besmet, en daar gaat het eigenlijk om. Dat vind ik zo jammer aan het hele ding,” zei ze met teleurstelling in haar stem.

Volgens Patty voegt Rachel met dit boek niets positiefs toe aan de familie-erfenis. “Het is weer een stap in de verkeerde richting,” concludeert ze.


Onrust binnen de familie

Het boek van Rachel belooft niet alleen pittige onthullingen over haarzelf en haar voormalige relaties, maar lijkt ook verdere spanningen binnen de familie Hazes te veroorzaken. De band tussen Rachel en haar zoon André is al lange tijd gespannen, en insiders vermoeden dat de publicatie van het boek de kloof tussen hen alleen maar zal vergroten.

Evert Santegoeds benadrukt dat dit hoofdstuk over André een groot punt van discussie kan worden. “André en Rachel hebben al nauwelijks contact, maar met dit boek kan dat misschien definitief over zijn. Rachel heeft al laten weten dat ze geen blad voor de mond zal nemen,” aldus Santegoeds.


Fans kijken reikhalzend uit

Hoewel het boek nu al voor kritiek zorgt, is de nieuwsgierigheid onder het publiek groot. Veel mensen willen weten welke onthullingen Rachel in petto heeft en hoe het boek haar versie van de waarheid zal presenteren. De Hazes-familie blijft een geliefd, maar ook omstreden onderwerp in de Nederlandse media, en dit boek lijkt die dynamiek alleen maar te versterken.

Het publiek is vooral benieuwd naar de relatie tussen Rachel en André, en hoe deze in het boek wordt belicht. Na de turbulente jaren waarin André en zijn moeder meerdere keren openlijk met elkaar in conflict kwamen, verwachten fans dat dit een van de meest spraakmakende delen van het boek zal zijn.


“Waarom nu?”

Critici vragen zich af waarom Rachel nu kiest voor de publicatie van dit boek. Sommigen speculeren dat ze met dit boek wil afrekenen met alle negatieve publiciteit die haar de afgelopen jaren heeft achtervolgd. Anderen denken dat ze simpelweg haar kant van het verhaal wil vertellen, ongeacht de gevolgen voor haar familie en haar eigen imago.

Wat de motivatie ook is, het boek heeft nu al verdeeldheid gezaaid. Sommigen prijzen Rachel omdat ze open en eerlijk durft te zijn, terwijl anderen vinden dat ze met dit boek vooral oude wonden opent en onnodig schade toebrengt aan haar relaties.


De toekomst van de Hazes-naam

Patty Brard was in haar kritiek duidelijk: “Die naam Hazes is gewoon besmet door alles wat er de afgelopen jaren is gebeurd. Wat ooit begon als een iconische naam in de Nederlandse muziek, is nu vooral een symbool van ruzies, drama en controverse.”

Met de publicatie van dit boek staat de Hazes-naam opnieuw in het middelpunt van de belangstelling. Of dit positief of negatief zal uitpakken, hangt grotendeels af van hoe het publiek reageert op de inhoud.


Wat kunnen we verwachten?

Rachel heeft aangegeven dat het boek ‘niet mals’ zal zijn, wat de verwachtingen en spanningen rond de release alleen maar verder heeft opgevoerd. Evert Santegoeds gaf al aan dat hij met “samengeknepen billen” wacht op wat Rachel over hem te zeggen heeft. Hetzelfde geldt ongetwijfeld voor andere betrokkenen in haar verhaal.

Fans van de Hazes-familie zullen ongetwijfeld in de rij staan om dit boek te bemachtigen. Maar of het boek ook bijdraagt aan een positieve beeldvorming rond Rachel en haar familie, blijft een grote vraag. Eén ding is zeker: zodra het boek in de schappen ligt, zal het gesprek over de Hazes-dynastie opnieuw volop worden gevoerd.


Conclusie

Het langverwachte boek van Rachel Hazes belooft een van de meest spraakmakende publicaties van het jaar te worden. Hoewel de inhoud nog niet bekend is, heeft het nu al voor de nodige ophef en spanningen gezorgd. Met pittige uitspraken van critici als Patty Brard en onthullingen die mogelijk ook André Hazes raken, lijkt dit boek een nieuwe golf van controverse rond de Hazes-naam te ontketenen.

Of het boek Rachel Hazes dichter bij haar publiek brengt, of juist meer afstand creëert tussen haar en haar familie, zal de tijd leren. Eén ding is zeker: het boek wordt een moment waar Nederland niet omheen kan. 📚✨

Actueel

Nieuw plan Rob Jetten roept enorme weerstand op in het hele land: ”Waar stopt dit”

Avatar foto

Published

on

Rob Jetten wil straatverlichting dimmen: waarom zijn voorstel zoveel losmaakt in Nederland

Het debat over energie, duurzaamheid en de toekomst van ons stroomnet bereikt steeds vaker de dagelijkse leefomgeving van Nederlanders. Waar de energietransitie lange tijd draaide om grote windparken, zonnepanelen en internationale klimaatdoelen, schuift die discussie nu steeds zichtbaarder richting maatregelen die bewoners direct raken. Een van de meest besproken voorstellen van dit moment komt van D66-leider Rob Jetten, die onlangs opperde om in heel Nederland de straatverlichting in de avonduren te dimmen of op rustige momenten zelfs (deels) uit te schakelen.

De gedachte daarachter is volgens Jetten eenvoudig: als Nederland slimmer met energie omgaat, kunnen we het overbelaste stroomnet ontlasten en tegelijkertijd het bewustzijn vergroten over ons eigen energieverbruik. Maar wat voor de één klinkt als een praktische stap in een groter duurzaamheidsplan, voelt voor de ander als een directe aantasting van veiligheid, leefbaarheid en comfort.

Het voorstel leidde binnen enkele uren tot een vloedgolf aan reacties. Zowel online als in lokale gemeenteraden werd fel gediscussieerd over de vraag: kan je zomaar het licht in de openbare ruimte terugschroeven?

In deze uitgebreide analyse zetten we de achtergronden, reacties, zorgen én mogelijke oplossingen op een rij.


Waarom straatverlichting volgens Jetten op tafel ligt

Rob Jetten, die zich tijdens zijn politieke loopbaan heeft ontpopt tot een van de meest zichtbare voorstanders van een duurzame toekomst, benadrukt dat Nederland op een belangrijk kruispunt staat. De vraag naar elektriciteit stijgt razendsnel, onder meer door de groei van elektrische auto’s, warmtepompen, datacenters en industrieën die overstappen op elektrisch produceren.

Het stroomnet raakt daardoor steeds voller. Op sommige plekken zijn er al wachtlijsten voor bedrijven, sportclubs en woningprojecten die willen aansluiten.

Volgens Jetten is het daarom noodzakelijk om te kijken waar op korte termijn ruimte gecreëerd kan worden:

  • zonder ingewikkelde procedures,

  • zonder miljardeninvesteringen,

  • en zonder ingrijpende verbouwingen.

Openbare verlichting vormt daarbij een interessant puzzelstuk. In Nederland staan ruim 3,5 miljoen lichtmasten, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van het energiegebruik van gemeenten.

Dat betekent volgens Jetten niet dat het licht overal en altijd uit moet. Hij pleit voor slimme verlichting: fel waar nodig, gedimd waar mogelijk.

“Het gaat niet om besparen om het besparen,” benadrukte hij. “Het gaat om bewust omgaan met energie op momenten dat het net overbelast is.”

Hij wijst erop dat veel gemeenten al experimenteren met sensoren, dimschema’s en energiezuinige LED-verlichting. In sommige dorpen gaat het licht automatisch feller branden zodra er iemand langsloopt; op andere plekken wordt verlichting ’s nachts al deels gedimd.

Toch vindt Jetten dat dit niet langer afhankelijk mag zijn van individuele gemeenten: er moet een landelijke strategie komen.


De zorgen van burgers: ‘Een donkere straat voelt niet veilig’

Waar Jetten vooral kijkt naar duurzaamheid en het efficiënt inzetten van energie, klinkt bij veel Nederlanders een heel andere zorg: veiligheid.

1. Onveiligheidsgevoel

Vooral vrouwen, ouderen en ouders van tieners spreken zich daar duidelijk over uit. Donkere straten worden al snel geassocieerd met onoverzichtelijke situaties, minder zicht en een groter gevoel van kwetsbaarheid.

Het gaat daarbij niet alleen om daadwerkelijke risico’s, maar vooral om het gevoel dat ontstaat wanneer een buurt minder verlicht is.

“Je voelt je gewoon minder prettig in het donker,” schrijft een gebruiker op X.
“Hoe leg ik mijn dochter van 15 uit dat ze voortaan door donkere straten naar huis moet fietsen?”

2. Verkeersveiligheid

Verkeersdeskundigen wijzen daarnaast op de gevaren van te weinig licht op:

  • rotondes

  • kruispunten

  • fietspaden

  • oversteken

  • landelijke wegen zonder vangrails

Nederland is een fietsland, en goede zichtbaarheid is een belangrijk onderdeel van verkeersveiligheid. Vooral in de herfst- en wintermaanden, wanneer veel scholieren vroeg vertrekken en laat thuiskomen, kan dimmen volgens experts tot verwarrende of gevaarlijke situaties leiden.

Een verkeersonderzoeker uit Utrecht verwoordde het zo:
“Het is een begrijpelijke maatregel vanuit energiebesparing, maar we moeten ontzettend voorzichtig zijn. Je wilt geen risico dat te voorkomen was.”


Is de energiewinst wel zo groot?

Een andere lijn van kritiek richt zich op de vraag of deze maatregel überhaupt veel oplevert. Straatverlichting zou volgens sceptici maar een klein deel zijn van het totale energieverbruik in Nederland.

Critici noemen het daarom symboolpolitiek: zichtbaar, maar niet substantieel.

Waarom, zo vragen zij, ligt de focus op:

  • gezinnen,

  • woonwijken,

  • dorpen en steden,

terwijl energie-intensieve sectoren zoals industrie, datacenters, agrarische bedrijven en luchtvaart minder vaak onderwerp zijn van dergelijke maatregelen?

De kritiek komt neer op één vraag:
Wordt de verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld?

Jetten reageerde daarop door te zeggen dat de energietransitie een gezamenlijke inspanning is, waarbij zowel grote als kleine maatregelen bijdragen aan het geheel.


Experts vragen om nuance: niet overal hoeft het licht aan te blijven

Hoewel veel Nederlanders moeite hebben met het voorstel, klinkt er ook constructieve feedback.

Locatiegebonden verlichtingsplannen

Steeds meer experts pleiten voor een gebiedsgerichte aanpak. Niet elke straat hoeft dezelfde hoeveelheid licht. Mogelijke plekken waar dimmen wél verantwoord kan zijn:

  • lege parkeerplaatsen na 22.00 uur

  • industrieterreinen buiten werktijden

  • fietspaden met sensoren die licht aanzetten bij beweging

  • sportcomplexen die ’s nachts gesloten zijn

  • parken waar geen doorstroom is

Deze aanpak wordt in delen van Duitsland en Scandinavië al toegepast.

Slimme technologie als alternatief

Nederland loopt technisch voorop en beschikt over:

  • LED-lampen die 90% minder energie verbruiken dan oude lampen

  • sensoren die licht automatisch laten oplichten bij beweging

  • slimme lantaarnpalen die onderling communiceren

Volgens ingenieurs is het zelfs mogelijk om verlichting volledig te laten reageren op het aantal voorbijgangers, de verkeersdrukte en weersomstandigheden.

De vraag is dus niet óf er bespaard kan worden, maar hoe dat kan zonder dat mensen zich onveilig voelen.


Gemeenten zitten klem: zij moeten het uiteindelijk uitvoeren

Gemeentebesturen reageren verdeeld. Veel gemeenten willen wel bijdragen aan energiebesparing, maar benadrukken dat zij dagelijks verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van wijken.

Een wethouder uit Noord-Brabant zei hierover:
“Wij zijn de eersten die gebeld worden wanneer een lantaarnpaal uit staat. Mensen voelen het meteen in hun eigen straat. Je kunt dat niet met één landelijke maatregel oplossen.”

Daarnaast zitten veel gemeenten vast aan:

  • bestaande verlichtingscontracten

  • onderhoudsplannen

  • oude infrastructuur die niet zomaar aangepast kan worden

Een landelijke verplichting zou daarom niet alleen gevoelig liggen, maar ook technisch lastig uitvoerbaar zijn.


De grotere discussie: wie draagt de last van de energietransitie?

Onder de oppervlakte speelt een bredere vraag:
Wie draagt het meest de gevolgen van duurzaamheidsmaatregelen?

Burgers zien steeds:

  • hogere energierekeningen

  • strengere regels in huis

  • discussies over zonnepanelen en warmtepompen

  • nu ook mogelijke aanpassingen in de openbare ruimte

Daarbij ontstaat het gevoel dat huishoudens veel moeten inleveren, terwijl grote bedrijven minder zichtbare offers brengen.

Jetten benadrukt dat dit beeld niet klopt en dat het bedrijfsleven juist zware transitie-eisen krijgt opgelegd. Toch blijft het gevoel bestaan dat de balans niet altijd eerlijk voelt—een gevoel dat eerder al opdook in debatten over stikstof, klimaatplannen en woningbouw.


De politieke dimensie: waarom het voorstel gevoelig ligt

In de politiek wordt het voorstel nauwlettend in de gaten gehouden, omdat het raakt aan gevoelige thema’s zoals:

  • veiligheid

  • leefbaarheid

  • energiearmoede

  • vertrouwen in de overheid

Voor oppositiepartijen vormt het voorstel een kans om vragen te stellen over de koers van het klimaatbeleid. Coalitiepartners worstelen juist met de balans tussen ambitie en uitvoerbaarheid.

Er wordt gevreesd dat een maatregel die als “klein en praktisch” wordt gepresenteerd, in de praktijk kan uitgroeien tot een bron van grote maatschappelijke weerstand.


Waar liggen de kansen voor een gezamenlijk plan?

Als er één ding duidelijk is, dan is het dat niemand in Nederland zit te wachten op onveilige situaties. Maar veel Nederlanders zien wél dat energiebesparing gewenst is.

De oplossing lijkt daarom te liggen in een combinatie van:

  • slimme technologie

  • gebiedsgericht maatwerk

  • goede communicatie

  • burgerparticipatie

  • transparante data over effecten en energiewinsten

Een landelijke strategie kan werken — maar alleen als deze rekening houdt met de diversiteit van Nederlandse straten, wijken en inwoners.


Een gesprek dat nog lang niet voorbij is

Het voorstel van Rob Jetten heeft losgemaakt wat veel Nederlanders al langer voelen: de energietransitie schuift steeds dichter naar het persoonlijke domein. Waar het eerst ging over windmolens, CO₂-doelen en internationale afspraken, gaat het nu over de straat waarin je woont en de route die je ’s avonds fietst.

De behoefte aan duidelijkheid, nuance en veiligheid is groter dan ooit.

De komende maanden zullen bepalend zijn voor hoe dit voorstel verder wordt opgepakt. Gemeenten, experts, bewoners en politici zullen hun stemmen laten horen. Want hoe noodzakelijk energiebesparing ook is, de manier waarop dat gebeurt moet passen bij het dagelijks leven van miljoenen Nederlanders.

Wat vind jij?
Moet Nederland slimmer omgaan met verlichting, of is dit een grens die niet overschreden mag worden?
Praat mee op onze Facebookpagina en deel je mening.

Continue Reading