Actueel
Liefhebbers opgelet: ”Flink pak sneeuw in aantocht”
Met de laatste dagen van 2024 in zicht richten de weerdiensten hun blik op het weer in januari 2025. Voor liefhebbers van winterse taferelen zoals sneeuw en schaatsen zijn de voorspellingen veelbelovend. De verwachtingen wijzen op kouder weer, met mogelijk voldoende vorst en sneeuwval om de winterse harten sneller te laten kloppen.

Onstuimige jaarwisseling
Voordat we ons volledig op januari richten, eerst aandacht voor de weersomstandigheden op oudejaarsdag en -avond. Meteorologen voorspellen een onstuimige jaarwisseling. Regen en harde wind zullen op veel plekken in Nederland aanwezig zijn, wat een uitdaging kan vormen voor vu*rwerkliefhebbers.
Meteoroloog Dennis Wilt waarschuwde eerder al dat de weersomstandigheden vu*rwerkshows kunnen bemoeilijken. “Vuurpijlen kunnen door de harde wind zomaar de verkeerde kant op vliegen,” liet hij weten. Voor een sfeervolle en veilige jaarwisseling lijkt het weer allesbehalve ideaal.
Januari: een wintermaand met potentie
De vooruitzichten voor januari 2025 bieden meer perspectief voor sneeuw- en schaatsliefhebbers. De maand belooft waterkoud te beginnen, met temperaturen rond de 5 graden overdag. Hoewel dat niet uitzonderlijk is voor de tijd van het jaar, wijzen de modellen op een aanzienlijke daling van de temperatuur in de loop van de maand.
Volgens Weeronline nemen de kansen op sneeuwval vooral in de eerste helft van januari flink toe. De tweede helft van de maand wordt naar verwachting droger, met meer ruimte voor zonneschijn en koudere nachten. Als de luchten helder zijn, kan het ’s nachts stevig vriezen. Dit biedt niet alleen een kans op rijp bedekte landschappen, maar mogelijk ook op bevroren sloten en plassen.

Schommeling tussen kou en wisselvalligheid
De weersvoorspellingen wijzen op een typische januarimaand waarin kou en wisselvalligheid elkaar afwisselen. Bij vochtige lucht kunnen mist en lage wolkenvelden ontstaan, wat het winterse gevoel kan dempen. Toch stijgt volgens Weeronline in de tweede helft van januari de kans op meer helder weer, wat tegelijkertijd betekent dat de nachten aanzienlijk kouder zullen worden.
Voor de gemiddelde januaritemperaturen betekent dit waarschijnlijk weinig afwijkingen van het normale patroon. Overdag liggen de temperaturen gemiddeld rond de 6 graden, terwijl het ’s nachts vaak net boven het vriespunt blijft. Sommige modellen suggereren echter dat januari een fractie kouder kan uitvallen dan gebruikelijk, wat hoop biedt voor schaatsliefhebbers.
Sneeuwpret en schaatspistes?
Het vooruitzicht op vorst en sneeuw brengt optimisme onder winterliefhebbers. Weeronline stelt dat januari wellicht genoeg koude dagen zal bieden om lokaal te kunnen schaatsen. “In een typische januarimaand zien we vaker dat het een weekje kouder wordt, wat lokaal voor schaatsplezier kan zorgen,” aldus de weerspecialist.
Sneeuwliefhebbers kunnen eveneens uitkijken naar de eerste helft van de maand, waarin de kans op een flink pak sneeuw groter wordt. Hoewel exacte voorspellingen nog onzeker blijven, is het duidelijk dat januari potentie heeft om een wintermaand te worden die recht doet aan het seizoen.

Tips voor het winterweer
Met de wisselvallige maar potentieel koude januari in aantocht, is het verstandig om goed voorbereid te zijn. Hier zijn enkele tips om optimaal van de winter te genieten:
- Check je winteruitrusting: Controleer of je schaatsen geslepen zijn en klaarstaan voor gebruik. Heb je geen schaatsen? Nu is het moment om ze in huis te halen.
- Winterbanden en auto-onderhoud: Zorg dat je auto klaar is voor winterse omstandigheden. Winterbanden en antivries in de ruitenwisservloeistof kunnen van pas komen.
- Warme kleding: Investeer in waterdichte en isolerende kleding om comfortabel te blijven tijdens koude dagen.
- Weersvoorspellingen volgen: Blijf op de hoogte van de dagelijkse weersverwachtingen. Sneeuwval en vorst kunnen plaatselijk sterk variëren.
- Veiligheid op de weg: Houd rekening met gladheid, vooral in de ochtenduren. Pas je snelheid aan en wees alert op andere weggebruikers.

Optimisme voor winterliefhebbers
Hoewel exacte weersvoorspellingen altijd enige onzekerheid kennen, lijkt januari 2025 een maand te worden waarin winterse pret mogelijk is. Voor schaatsers en sneeuwliefhebbers biedt het vooruitzicht op kou, sneeuwval en mogelijk bevroren wateroppervlakken genoeg reden tot optimisme. Of de maand ook écht een winterse droom zal worden, blijft afwachten, maar de tekenen zijn gunstig.
Blijf de komende weken de updates van meteorologen volgen. Met een beetje geluk kunnen we ons binnenkort opmaken voor de schaatsen en sleeën. Eén ding is zeker: winterliefhebbers zullen januari met extra belangstelling tegemoet zien.
Actueel
Nieuw plan Rob Jetten roept enorme weerstand op in het hele land: ”Waar stopt dit”

Rob Jetten wil straatverlichting dimmen: waarom zijn voorstel zoveel losmaakt in Nederland
Het debat over energie, duurzaamheid en de toekomst van ons stroomnet bereikt steeds vaker de dagelijkse leefomgeving van Nederlanders. Waar de energietransitie lange tijd draaide om grote windparken, zonnepanelen en internationale klimaatdoelen, schuift die discussie nu steeds zichtbaarder richting maatregelen die bewoners direct raken. Een van de meest besproken voorstellen van dit moment komt van D66-leider Rob Jetten, die onlangs opperde om in heel Nederland de straatverlichting in de avonduren te dimmen of op rustige momenten zelfs (deels) uit te schakelen.

De gedachte daarachter is volgens Jetten eenvoudig: als Nederland slimmer met energie omgaat, kunnen we het overbelaste stroomnet ontlasten en tegelijkertijd het bewustzijn vergroten over ons eigen energieverbruik. Maar wat voor de één klinkt als een praktische stap in een groter duurzaamheidsplan, voelt voor de ander als een directe aantasting van veiligheid, leefbaarheid en comfort.
Het voorstel leidde binnen enkele uren tot een vloedgolf aan reacties. Zowel online als in lokale gemeenteraden werd fel gediscussieerd over de vraag: kan je zomaar het licht in de openbare ruimte terugschroeven?
In deze uitgebreide analyse zetten we de achtergronden, reacties, zorgen én mogelijke oplossingen op een rij.

Waarom straatverlichting volgens Jetten op tafel ligt
Rob Jetten, die zich tijdens zijn politieke loopbaan heeft ontpopt tot een van de meest zichtbare voorstanders van een duurzame toekomst, benadrukt dat Nederland op een belangrijk kruispunt staat. De vraag naar elektriciteit stijgt razendsnel, onder meer door de groei van elektrische auto’s, warmtepompen, datacenters en industrieën die overstappen op elektrisch produceren.
Het stroomnet raakt daardoor steeds voller. Op sommige plekken zijn er al wachtlijsten voor bedrijven, sportclubs en woningprojecten die willen aansluiten.
Volgens Jetten is het daarom noodzakelijk om te kijken waar op korte termijn ruimte gecreëerd kan worden:
-
zonder ingewikkelde procedures,
-
zonder miljardeninvesteringen,
-
en zonder ingrijpende verbouwingen.
Openbare verlichting vormt daarbij een interessant puzzelstuk. In Nederland staan ruim 3,5 miljoen lichtmasten, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van het energiegebruik van gemeenten.
Dat betekent volgens Jetten niet dat het licht overal en altijd uit moet. Hij pleit voor slimme verlichting: fel waar nodig, gedimd waar mogelijk.

“Het gaat niet om besparen om het besparen,” benadrukte hij. “Het gaat om bewust omgaan met energie op momenten dat het net overbelast is.”
Hij wijst erop dat veel gemeenten al experimenteren met sensoren, dimschema’s en energiezuinige LED-verlichting. In sommige dorpen gaat het licht automatisch feller branden zodra er iemand langsloopt; op andere plekken wordt verlichting ’s nachts al deels gedimd.
Toch vindt Jetten dat dit niet langer afhankelijk mag zijn van individuele gemeenten: er moet een landelijke strategie komen.

De zorgen van burgers: ‘Een donkere straat voelt niet veilig’
Waar Jetten vooral kijkt naar duurzaamheid en het efficiënt inzetten van energie, klinkt bij veel Nederlanders een heel andere zorg: veiligheid.
1. Onveiligheidsgevoel
Vooral vrouwen, ouderen en ouders van tieners spreken zich daar duidelijk over uit. Donkere straten worden al snel geassocieerd met onoverzichtelijke situaties, minder zicht en een groter gevoel van kwetsbaarheid.
Het gaat daarbij niet alleen om daadwerkelijke risico’s, maar vooral om het gevoel dat ontstaat wanneer een buurt minder verlicht is.
“Je voelt je gewoon minder
prettig in het donker,” schrijft een gebruiker op X.
“Hoe leg ik mijn dochter van 15 uit dat ze voortaan door donkere
straten naar huis moet fietsen?”
2. Verkeersveiligheid
Verkeersdeskundigen wijzen daarnaast op de gevaren van te weinig licht op:
-
rotondes
-
kruispunten
-
fietspaden
-
oversteken
-
landelijke wegen zonder vangrails
Nederland is een fietsland, en goede zichtbaarheid is een belangrijk onderdeel van verkeersveiligheid. Vooral in de herfst- en wintermaanden, wanneer veel scholieren vroeg vertrekken en laat thuiskomen, kan dimmen volgens experts tot verwarrende of gevaarlijke situaties leiden.
Een verkeersonderzoeker uit
Utrecht verwoordde het zo:
“Het is een begrijpelijke maatregel vanuit energiebesparing, maar
we moeten ontzettend voorzichtig zijn. Je wilt geen risico dat te
voorkomen was.”
Is de energiewinst wel zo groot?
Een andere lijn van kritiek richt zich op de vraag of deze maatregel überhaupt veel oplevert. Straatverlichting zou volgens sceptici maar een klein deel zijn van het totale energieverbruik in Nederland.
Critici noemen het daarom symboolpolitiek: zichtbaar, maar niet substantieel.
Waarom, zo vragen zij, ligt de focus op:
-
gezinnen,
-
woonwijken,
-
dorpen en steden,
terwijl energie-intensieve sectoren zoals industrie, datacenters, agrarische bedrijven en luchtvaart minder vaak onderwerp zijn van dergelijke maatregelen?
De kritiek komt neer op één
vraag:
Wordt de
verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld?
Jetten reageerde daarop door te zeggen dat de energietransitie een gezamenlijke inspanning is, waarbij zowel grote als kleine maatregelen bijdragen aan het geheel.
Experts vragen om nuance: niet overal hoeft het licht aan te blijven
Hoewel veel Nederlanders moeite hebben met het voorstel, klinkt er ook constructieve feedback.
Locatiegebonden verlichtingsplannen
Steeds meer experts pleiten voor een gebiedsgerichte aanpak. Niet elke straat hoeft dezelfde hoeveelheid licht. Mogelijke plekken waar dimmen wél verantwoord kan zijn:
-
lege parkeerplaatsen na 22.00 uur
-
industrieterreinen buiten werktijden
-
fietspaden met sensoren die licht aanzetten bij beweging
-
sportcomplexen die ’s nachts gesloten zijn
-
parken waar geen doorstroom is
Deze aanpak wordt in delen van Duitsland en Scandinavië al toegepast.
Slimme technologie als alternatief
Nederland loopt technisch voorop en beschikt over:
-
LED-lampen die 90% minder energie verbruiken dan oude lampen
-
sensoren die licht automatisch laten oplichten bij beweging
-
slimme lantaarnpalen die onderling communiceren
Volgens ingenieurs is het zelfs mogelijk om verlichting volledig te laten reageren op het aantal voorbijgangers, de verkeersdrukte en weersomstandigheden.
De vraag is dus niet óf er bespaard kan worden, maar hoe dat kan zonder dat mensen zich onveilig voelen.
Gemeenten zitten klem: zij moeten het uiteindelijk uitvoeren
Gemeentebesturen reageren verdeeld. Veel gemeenten willen wel bijdragen aan energiebesparing, maar benadrukken dat zij dagelijks verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van wijken.
Een wethouder uit
Noord-Brabant zei hierover:
“Wij zijn de eersten die gebeld worden wanneer een lantaarnpaal uit
staat. Mensen voelen het meteen in hun eigen straat. Je kunt dat
niet met één landelijke maatregel oplossen.”
Daarnaast zitten veel gemeenten vast aan:
-
bestaande verlichtingscontracten
-
onderhoudsplannen
-
oude infrastructuur die niet zomaar aangepast kan worden
Een landelijke verplichting zou daarom niet alleen gevoelig liggen, maar ook technisch lastig uitvoerbaar zijn.

De grotere discussie: wie draagt de last van de energietransitie?
Onder de oppervlakte speelt
een bredere vraag:
Wie draagt het meest de
gevolgen van duurzaamheidsmaatregelen?
Burgers zien steeds:
-
hogere energierekeningen
-
strengere regels in huis
-
discussies over zonnepanelen en warmtepompen
-
nu ook mogelijke aanpassingen in de openbare ruimte
Daarbij ontstaat het gevoel dat huishoudens veel moeten inleveren, terwijl grote bedrijven minder zichtbare offers brengen.
Jetten benadrukt dat dit beeld niet klopt en dat het bedrijfsleven juist zware transitie-eisen krijgt opgelegd. Toch blijft het gevoel bestaan dat de balans niet altijd eerlijk voelt—een gevoel dat eerder al opdook in debatten over stikstof, klimaatplannen en woningbouw.

De politieke dimensie: waarom het voorstel gevoelig ligt
In de politiek wordt het voorstel nauwlettend in de gaten gehouden, omdat het raakt aan gevoelige thema’s zoals:
-
veiligheid
-
leefbaarheid
-
energiearmoede
-
vertrouwen in de overheid
Voor oppositiepartijen vormt het voorstel een kans om vragen te stellen over de koers van het klimaatbeleid. Coalitiepartners worstelen juist met de balans tussen ambitie en uitvoerbaarheid.
Er wordt gevreesd dat een maatregel die als “klein en praktisch” wordt gepresenteerd, in de praktijk kan uitgroeien tot een bron van grote maatschappelijke weerstand.

Waar liggen de kansen voor een gezamenlijk plan?
Als er één ding duidelijk is, dan is het dat niemand in Nederland zit te wachten op onveilige situaties. Maar veel Nederlanders zien wél dat energiebesparing gewenst is.
De oplossing lijkt daarom te liggen in een combinatie van:
-
slimme technologie
-
gebiedsgericht maatwerk
-
goede communicatie
-
burgerparticipatie
-
transparante data over effecten en energiewinsten
Een landelijke strategie kan werken — maar alleen als deze rekening houdt met de diversiteit van Nederlandse straten, wijken en inwoners.

Een gesprek dat nog lang niet voorbij is
Het voorstel van Rob Jetten heeft losgemaakt wat veel Nederlanders al langer voelen: de energietransitie schuift steeds dichter naar het persoonlijke domein. Waar het eerst ging over windmolens, CO₂-doelen en internationale afspraken, gaat het nu over de straat waarin je woont en de route die je ’s avonds fietst.
De behoefte aan duidelijkheid, nuance en veiligheid is groter dan ooit.
De komende maanden zullen bepalend zijn voor hoe dit voorstel verder wordt opgepakt. Gemeenten, experts, bewoners en politici zullen hun stemmen laten horen. Want hoe noodzakelijk energiebesparing ook is, de manier waarop dat gebeurt moet passen bij het dagelijks leven van miljoenen Nederlanders.
Wat vind jij?
Moet Nederland slimmer omgaan met verlichting, of is dit een grens
die niet overschreden mag worden?
Praat mee op onze Facebookpagina en deel je mening.