Actueel
Nieuwslezeres Malou Petter deelt bikinifoto’s op vakantie en mannelijk Nederland is in één klap verliefd!
Malou Petter is een naam die menig televisiekijker inmiddels bekend in de oren klinkt. Als nieuwslezeres bij het NOS Journaal wist ze jarenlang kijkers te informeren en te boeien met haar professionele uitstraling en heldere presentatie. Na een indrukwekkende carrière bij de NOS heeft Malou recent besloten om een nieuwe stap te zetten in haar loopbaan. Ze tekende een meerjarig contract bij Talpa Network, waar ze het programma Nieuws van de Dag op SBS6 gaat presenteren. Deze overstap markeert een nieuw hoofdstuk voor de 34-jarige presentatrice, die inmiddels een vertrouwd gezicht is geworden op de Nederlandse televisie.

Een carrière bij de NOS: Van Jeugdjournaal tot journaaluitzendingen
Malou Petter begon haar carrière bij de NOS in 2011 als bureauredacteur bij het Jeugdjournaal. Hier legde ze de basis voor haar latere succes. In 2016 maakte ze de overstap naar verslaggever en presentator, een rol waarin ze haar journalistieke talent verder ontwikkelde. Haar sprong naar het NOS Journaal kwam in september 2019, aanvankelijk als een tijdelijke detachering van zes maanden. Maar het bleek een perfecte match, want haar aanstelling werd al snel vastgelegd.
Tussen 2020 en 2024 was Malou een vaste kracht bij het NOS Journaal en presenteerde ze de journaaluitzendingen overdag. Ook in speciale nieuwsuitzendingen bewees ze haar waarde. In de nacht van 3 op 4 november 2020 presenteerde ze samen met Rob Trip Amerika Kiest, waarin verslag werd gedaan van de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Dit was slechts het begin van haar betrokkenheid bij belangrijke politieke gebeurtenissen. Malou was ook te zien tijdens de uitzendingen van Nederland Kiest, waarin verslag werd gedaan van de Tweede Kamerverkiezingen in 2021, de gemeenteraadsverkiezingen in 2022 en de Provinciale Statenverkiezingen in 2023.
Haar professionaliteit en rustige presentatie maakten haar een geliefd gezicht bij het Nederlandse publiek. Toch kondigde Malou in oktober 2024 aan dat ze haar tijd bij de NOS achter zich zou laten om een nieuwe uitdaging aan te gaan bij Talpa Network.

Een nieuw avontuur bij Talpa Network
Vanaf november 2024 is Malou te zien bij SBS6, waar ze het programma Nieuws van de Dag gaat presenteren. Dit is een strategische zet van Talpa Network, dat zijn nieuwsprogramma’s meer cachet wil geven. Malou brengt jarenlange ervaring mee en wordt gezien als een belangrijke aanwinst voor de zender.
Naast de professionele uitdaging is er ook sprake van een financiële vooruitgang. Het wordt vermoed dat Malou bij Talpa een jaarsalaris van ongeveer 200.000 euro zal verdienen. Hoewel dit een fors bedrag is, ligt het nog onder de inkomsten van enkele van haar collega’s, zoals Art Rooijakkers, die naar verluidt zo’n 400.000 euro per jaar verdient. Voor Malou is de overstap naar Talpa echter niet alleen een kwestie van geld. Het is een kans om haar horizon te verbreden en een breder publiek te bereiken.
Een populaire persoonlijkheid op sociale media
Malou is niet alleen op televisie een bekend gezicht; ook op sociale media weet ze haar volgers te boeien. Haar Instagram-account biedt een inkijkje in haar professionele leven, maar ze deelt ook persoonlijke momenten en vakantiefoto’s. Deze posts trekken niet alleen de aandacht van haar trouwe kijkers, maar ook van haar mannelijke fans. Haar natuurlijke charme en uitstraling maken haar een van de meest geliefde mediapersonen van Nederland.

De toekomst van Malou Petter bij Talpa
Met haar overstap naar Talpa Network begint Malou aan een nieuwe fase in haar carrière. Nieuws van de Dag wordt een belangrijke pijler van SBS6 en biedt haar de kans om haar journalistieke kwaliteiten op een andere manier in te zetten. Haar fans zijn benieuwd hoe ze deze nieuwe uitdaging zal aangaan en kijken ernaar uit om haar in een frisse setting te zien.
Een inspirerend voorbeeld
Malou Petter is niet alleen een getalenteerde nieuwslezeres en presentatrice, maar ook een inspirerend voorbeeld voor jonge vrouwen die een carrière in de journalistiek ambiëren. Ze heeft laten zien hoe je met hard werken en toewijding kunt groeien binnen een organisatie, en hoe belangrijk het is om jezelf uit te blijven dagen en nieuwe kansen te grijpen.
Samenvatting: Een veelbelovend nieuw hoofdstuk
Met haar overstap naar Talpa Network slaat Malou Petter een nieuwe weg in, maar haar indrukwekkende prestaties bij de NOS zullen niet snel worden vergeten. Haar tijd bij het NOS Jeugdjournaal en het NOS Journaal heeft haar een solide basis gegeven, terwijl haar nieuwe rol bij SBS6 haar de kans biedt om zich verder te ontwikkelen. Of het nu gaat om politiek verslag, het presenteren van nieuwsuitzendingen of het delen van persoonlijke momenten op sociale media, Malou weet haar publiek telkens weer te boeien. Haar toekomst ziet er stralend uit, zowel professioneel als persoonlijk.
Actueel
Nieuw plan Rob Jetten roept enorme weerstand op in het hele land: ”Waar stopt dit”

Rob Jetten wil straatverlichting dimmen: waarom zijn voorstel zoveel losmaakt in Nederland
Het debat over energie, duurzaamheid en de toekomst van ons stroomnet bereikt steeds vaker de dagelijkse leefomgeving van Nederlanders. Waar de energietransitie lange tijd draaide om grote windparken, zonnepanelen en internationale klimaatdoelen, schuift die discussie nu steeds zichtbaarder richting maatregelen die bewoners direct raken. Een van de meest besproken voorstellen van dit moment komt van D66-leider Rob Jetten, die onlangs opperde om in heel Nederland de straatverlichting in de avonduren te dimmen of op rustige momenten zelfs (deels) uit te schakelen.

De gedachte daarachter is volgens Jetten eenvoudig: als Nederland slimmer met energie omgaat, kunnen we het overbelaste stroomnet ontlasten en tegelijkertijd het bewustzijn vergroten over ons eigen energieverbruik. Maar wat voor de één klinkt als een praktische stap in een groter duurzaamheidsplan, voelt voor de ander als een directe aantasting van veiligheid, leefbaarheid en comfort.
Het voorstel leidde binnen enkele uren tot een vloedgolf aan reacties. Zowel online als in lokale gemeenteraden werd fel gediscussieerd over de vraag: kan je zomaar het licht in de openbare ruimte terugschroeven?
In deze uitgebreide analyse zetten we de achtergronden, reacties, zorgen én mogelijke oplossingen op een rij.

Waarom straatverlichting volgens Jetten op tafel ligt
Rob Jetten, die zich tijdens zijn politieke loopbaan heeft ontpopt tot een van de meest zichtbare voorstanders van een duurzame toekomst, benadrukt dat Nederland op een belangrijk kruispunt staat. De vraag naar elektriciteit stijgt razendsnel, onder meer door de groei van elektrische auto’s, warmtepompen, datacenters en industrieën die overstappen op elektrisch produceren.
Het stroomnet raakt daardoor steeds voller. Op sommige plekken zijn er al wachtlijsten voor bedrijven, sportclubs en woningprojecten die willen aansluiten.
Volgens Jetten is het daarom noodzakelijk om te kijken waar op korte termijn ruimte gecreëerd kan worden:
-
zonder ingewikkelde procedures,
-
zonder miljardeninvesteringen,
-
en zonder ingrijpende verbouwingen.
Openbare verlichting vormt daarbij een interessant puzzelstuk. In Nederland staan ruim 3,5 miljoen lichtmasten, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van het energiegebruik van gemeenten.
Dat betekent volgens Jetten niet dat het licht overal en altijd uit moet. Hij pleit voor slimme verlichting: fel waar nodig, gedimd waar mogelijk.

“Het gaat niet om besparen om het besparen,” benadrukte hij. “Het gaat om bewust omgaan met energie op momenten dat het net overbelast is.”
Hij wijst erop dat veel gemeenten al experimenteren met sensoren, dimschema’s en energiezuinige LED-verlichting. In sommige dorpen gaat het licht automatisch feller branden zodra er iemand langsloopt; op andere plekken wordt verlichting ’s nachts al deels gedimd.
Toch vindt Jetten dat dit niet langer afhankelijk mag zijn van individuele gemeenten: er moet een landelijke strategie komen.

De zorgen van burgers: ‘Een donkere straat voelt niet veilig’
Waar Jetten vooral kijkt naar duurzaamheid en het efficiënt inzetten van energie, klinkt bij veel Nederlanders een heel andere zorg: veiligheid.
1. Onveiligheidsgevoel
Vooral vrouwen, ouderen en ouders van tieners spreken zich daar duidelijk over uit. Donkere straten worden al snel geassocieerd met onoverzichtelijke situaties, minder zicht en een groter gevoel van kwetsbaarheid.
Het gaat daarbij niet alleen om daadwerkelijke risico’s, maar vooral om het gevoel dat ontstaat wanneer een buurt minder verlicht is.
“Je voelt je gewoon minder
prettig in het donker,” schrijft een gebruiker op X.
“Hoe leg ik mijn dochter van 15 uit dat ze voortaan door donkere
straten naar huis moet fietsen?”
2. Verkeersveiligheid
Verkeersdeskundigen wijzen daarnaast op de gevaren van te weinig licht op:
-
rotondes
-
kruispunten
-
fietspaden
-
oversteken
-
landelijke wegen zonder vangrails
Nederland is een fietsland, en goede zichtbaarheid is een belangrijk onderdeel van verkeersveiligheid. Vooral in de herfst- en wintermaanden, wanneer veel scholieren vroeg vertrekken en laat thuiskomen, kan dimmen volgens experts tot verwarrende of gevaarlijke situaties leiden.
Een verkeersonderzoeker uit
Utrecht verwoordde het zo:
“Het is een begrijpelijke maatregel vanuit energiebesparing, maar
we moeten ontzettend voorzichtig zijn. Je wilt geen risico dat te
voorkomen was.”
Is de energiewinst wel zo groot?
Een andere lijn van kritiek richt zich op de vraag of deze maatregel überhaupt veel oplevert. Straatverlichting zou volgens sceptici maar een klein deel zijn van het totale energieverbruik in Nederland.
Critici noemen het daarom symboolpolitiek: zichtbaar, maar niet substantieel.
Waarom, zo vragen zij, ligt de focus op:
-
gezinnen,
-
woonwijken,
-
dorpen en steden,
terwijl energie-intensieve sectoren zoals industrie, datacenters, agrarische bedrijven en luchtvaart minder vaak onderwerp zijn van dergelijke maatregelen?
De kritiek komt neer op één
vraag:
Wordt de
verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld?
Jetten reageerde daarop door te zeggen dat de energietransitie een gezamenlijke inspanning is, waarbij zowel grote als kleine maatregelen bijdragen aan het geheel.
Experts vragen om nuance: niet overal hoeft het licht aan te blijven
Hoewel veel Nederlanders moeite hebben met het voorstel, klinkt er ook constructieve feedback.
Locatiegebonden verlichtingsplannen
Steeds meer experts pleiten voor een gebiedsgerichte aanpak. Niet elke straat hoeft dezelfde hoeveelheid licht. Mogelijke plekken waar dimmen wél verantwoord kan zijn:
-
lege parkeerplaatsen na 22.00 uur
-
industrieterreinen buiten werktijden
-
fietspaden met sensoren die licht aanzetten bij beweging
-
sportcomplexen die ’s nachts gesloten zijn
-
parken waar geen doorstroom is
Deze aanpak wordt in delen van Duitsland en Scandinavië al toegepast.
Slimme technologie als alternatief
Nederland loopt technisch voorop en beschikt over:
-
LED-lampen die 90% minder energie verbruiken dan oude lampen
-
sensoren die licht automatisch laten oplichten bij beweging
-
slimme lantaarnpalen die onderling communiceren
Volgens ingenieurs is het zelfs mogelijk om verlichting volledig te laten reageren op het aantal voorbijgangers, de verkeersdrukte en weersomstandigheden.
De vraag is dus niet óf er bespaard kan worden, maar hoe dat kan zonder dat mensen zich onveilig voelen.
Gemeenten zitten klem: zij moeten het uiteindelijk uitvoeren
Gemeentebesturen reageren verdeeld. Veel gemeenten willen wel bijdragen aan energiebesparing, maar benadrukken dat zij dagelijks verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van wijken.
Een wethouder uit
Noord-Brabant zei hierover:
“Wij zijn de eersten die gebeld worden wanneer een lantaarnpaal uit
staat. Mensen voelen het meteen in hun eigen straat. Je kunt dat
niet met één landelijke maatregel oplossen.”
Daarnaast zitten veel gemeenten vast aan:
-
bestaande verlichtingscontracten
-
onderhoudsplannen
-
oude infrastructuur die niet zomaar aangepast kan worden
Een landelijke verplichting zou daarom niet alleen gevoelig liggen, maar ook technisch lastig uitvoerbaar zijn.

De grotere discussie: wie draagt de last van de energietransitie?
Onder de oppervlakte speelt
een bredere vraag:
Wie draagt het meest de
gevolgen van duurzaamheidsmaatregelen?
Burgers zien steeds:
-
hogere energierekeningen
-
strengere regels in huis
-
discussies over zonnepanelen en warmtepompen
-
nu ook mogelijke aanpassingen in de openbare ruimte
Daarbij ontstaat het gevoel dat huishoudens veel moeten inleveren, terwijl grote bedrijven minder zichtbare offers brengen.
Jetten benadrukt dat dit beeld niet klopt en dat het bedrijfsleven juist zware transitie-eisen krijgt opgelegd. Toch blijft het gevoel bestaan dat de balans niet altijd eerlijk voelt—een gevoel dat eerder al opdook in debatten over stikstof, klimaatplannen en woningbouw.

De politieke dimensie: waarom het voorstel gevoelig ligt
In de politiek wordt het voorstel nauwlettend in de gaten gehouden, omdat het raakt aan gevoelige thema’s zoals:
-
veiligheid
-
leefbaarheid
-
energiearmoede
-
vertrouwen in de overheid
Voor oppositiepartijen vormt het voorstel een kans om vragen te stellen over de koers van het klimaatbeleid. Coalitiepartners worstelen juist met de balans tussen ambitie en uitvoerbaarheid.
Er wordt gevreesd dat een maatregel die als “klein en praktisch” wordt gepresenteerd, in de praktijk kan uitgroeien tot een bron van grote maatschappelijke weerstand.

Waar liggen de kansen voor een gezamenlijk plan?
Als er één ding duidelijk is, dan is het dat niemand in Nederland zit te wachten op onveilige situaties. Maar veel Nederlanders zien wél dat energiebesparing gewenst is.
De oplossing lijkt daarom te liggen in een combinatie van:
-
slimme technologie
-
gebiedsgericht maatwerk
-
goede communicatie
-
burgerparticipatie
-
transparante data over effecten en energiewinsten
Een landelijke strategie kan werken — maar alleen als deze rekening houdt met de diversiteit van Nederlandse straten, wijken en inwoners.

Een gesprek dat nog lang niet voorbij is
Het voorstel van Rob Jetten heeft losgemaakt wat veel Nederlanders al langer voelen: de energietransitie schuift steeds dichter naar het persoonlijke domein. Waar het eerst ging over windmolens, CO₂-doelen en internationale afspraken, gaat het nu over de straat waarin je woont en de route die je ’s avonds fietst.
De behoefte aan duidelijkheid, nuance en veiligheid is groter dan ooit.
De komende maanden zullen bepalend zijn voor hoe dit voorstel verder wordt opgepakt. Gemeenten, experts, bewoners en politici zullen hun stemmen laten horen. Want hoe noodzakelijk energiebesparing ook is, de manier waarop dat gebeurt moet passen bij het dagelijks leven van miljoenen Nederlanders.
Wat vind jij?
Moet Nederland slimmer omgaan met verlichting, of is dit een grens
die niet overschreden mag worden?
Praat mee op onze Facebookpagina en deel je mening.